Zorg voor een rijke, maar niet te natte of te zure bodem, kruiden houden hier niet van. Ze groeien het best in goed gedraineerde, losse, droge en kalkrijke grond. Zorgen voor een goede afwatering is érg belangrijk, zeker in perioden met veel regen. Je kan ook je kruiden planten in verhoogde bedden. Hierdoor kan je makkelijker zelf de ideale samenstelling van de bodem controleren. Ook de afwatering zal zo een stuk makkelijker verlopen.
Controleer zeker ook de zuurtegraad van de grond. Die mag voor kruiden niet te hoog zijn. Is dit toch het geval, voeg dan de nodige kalk toe aan de grond. Zo kan je de zuurtegraad van de bodem verminderen.
Kies ook voor je kruidentuin een zonnige plaats uit. Omdat de meeste kruiden uit zuiderse landen komen, kunnen ze best wat zon verdragen. Ideaal is wanneer deze bovendien ook nog beschut is tegen de wind en slechte weersomstandigheden. Op die manier zullen je kruiden beter bestand zijn tegen ons niet altijd even schitterend klimaat. Dit geldt zeker voor mediterrane kruiden zoals tijm, rozemarijn, lavendel, salie, enz… Andere eenjarige kruiden die het goed doen in de zon zijn: rucola, koriander, basilicum, dille, kamille, goudsbloem, enz… Sommige kruiden gedijen dan weer wat beter in halfschaduw of schaduwrijke plaatsen. Hier denken we bijvoorbeeld aan: kervel, peterselie, bieslook, munt, dragon, duizendblad, pepermunt, citroenmelisse, lievevrouw bedstro, bosaardbeien, enz…
